Deelnemers hebben in een pensioenfondsreferendum voorkeur voor het 'ingroeien’ van pensioenrechten
Inleiding
Op 1 juli 2023 is de Wet toekomst pensioenen (Wtp) in werking getreden. Ondanks de soms felle discussies over de Wtp lijkt dit debat vooral voorbehouden aan experts (Van Wijnbergen, 2024, Joseph, 2024 en Bovenberg, 2024). De deelnemers zijn zich veelal weinig bewust van wat de Wtp gaat betekenen voor hun pensioenvoorziening. Een van de kernzaken in het nieuwe stelsel is dat opgebouwde pensioenrechten in zijn geheel overgaan naar het nieuwe stelsel, het zogenaamde ‘invaren’[1]. En dat proces van invaren verdeelt, op z’n zachtst gezegd, de geesten in pensioenland.
Momenteel zijn er verschillende voorstellen gedaan om de pensioendeelnemer meer zeggenschap te geven in het doorvoeren van deze hervorming. Een voorbeeld is het idee van Agnes Joseph (NSC) om de pensioenfondsdeelnemer instemmingsrecht te geven in het beleid van het eigen pensioenfonds in het overhevelen van opgebouwde pensioenrechten in het nieuwe stelsel zoals vermeld in de Wtp (zie Tweede Kamer, 2024). Joseph en haar partij nemen het woord ‘referendum’ niet in de mond nemen, maar het principe is in grote lijnen hetzelfde: men raadpleegt het volk (of een groep) en afhankelijk van welke rechten men toedicht aan de uitkomst (correctief, bindend, raadgevend) kan het tot wijziging, verbetering of aanname van een besluit of wetsontwerp leiden.
[....]